• Fiscaris
  • Vacatures
Bel ons +31 (0)70 3382730
HealthFlex
×
  • Home
  • Diensten
    • Accountancy
    • Belastingen
    • Advies
    • Salarisadministratie
    • Onze Services
  • Medische Branches
    • Mondzorg
    • Huisartsen
    • Dierenartsen
    • Fysiotherapeuten
    • Psychologen/Psychiaters
    • Medisch Specialist
    • Logopedie
    • Overige (para)Medici
  • Informatie
  • Over ons
    • Ons Team
    • Vacatures
  • Nieuws
  • Contact

Het ‘Wetsvoorstel excessief lenen bij de eigen vennootschap’ in het kort

Het ‘Wetsvoorstel excessief lenen bij de eigen vennootschap’ in het kort
28/09/2022Actueel

Het wetsvoorstel excessief lenen bij eigen vennootschap (nr. 35.496) is op 13 september 2022 aangenomen door de Tweede Kamer en ligt nu ter schriftelijke voorbereiding bij de Eerste Kamer. De beoogde ingangsdatum van dit wetsvoorstel is 1 januari 2023. Vermoedelijk zal de Eerste Kamer het wetsvoorstel ruim voor de beoogde ingangsdatum hebben afgehandeld. In dit artikel worden de voor de praktijk belangrijkste onderdelen daarvan belicht.

Aanleiding voor de invoering van het wetsvoorstel is om het bovenmatige lenen bij de eigen vennootschap door de aanmerkelijkbelanghouder te ontmoedigen. Door bovenmatig te lenen kunnen aanmerkelijkbelanghouders belastingbetaling langdurig uitstellen.

Als het wetsvoorstel wordt aanvaard dan wordt kort gezegd vanaf 1 januari 2023 een nieuw fictief regulier voordeel uit aanmerkelijk belang bij de aanmerkelijkbelanghouder in aanmerking genomen voor zover diens schulden aan de ‘eigen’ vennootschap meer bedragen dan € 700.000. Het maximumbedrag van € 700.000 geldt voor de aanmerkelijkbelanghouder en zijn partner gezamenlijk. Let wel, voor de bepaling van de ‘totale som van de schulden’ vindt geen saldering plaats met de vordering die de aanmerkelijkbelanghouder op de vennootschap heeft.

De eerste peildatum om de hoogte van de schulden te bepalen wordt 31 december 2023. Tot die datum hebben aanmerkelijkbelanghouders de mogelijkheid om hun schuldpositie bij de eigen vennootschap terug te brengen tot € 700.000.

Alle typen schulden, met uitzondering van de ‘eigenwoningschuld’

Over het algemeen geldt dat alle typen schulden onder de regeling vallen. Indien een aanmerkelijkbelanghouder bij meerdere van zijn vennootschappen een schuldpositie heeft opgebouwd, dan worden de schulden samengenomen voor de vaststelling van het bovenmatige deel. Er geldt evenwel een uitzondering voor de ‘eigenwoningschuld in box 1’ bij de eigen vennootschap voor zover ter zake van die schuld een reëel recht van hypotheek is verstrekt; een positieve/negatieve hypotheekverklaring is dus niet voldoende. De aanvullende hypotheekvoorwaarde geldt niet voor op 1 januari 2023 bestaande eigenwoningschulden. Er geldt overigens geen maximum voor de eigenwoningschuld, die kan dus meer bedragen dan het maximumbedrag van € 700.000.

Let op!
De aansluiting bij de ‘eigenwoningschuld’ kan dus grote gevolgen hebben voor zover de lening niet meer als eigenwoningschuld wordt aangemerkt. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als niet meer wordt afgelost. In dat geval kan dan een fictief regulier voordeel in aanmerking worden genomen voor zover de totale schuld, inclusief de voormalige eigenwoningschuld meer bedraagt dan het maximumbedrag van € 700.000.

Antimisbruik

Schulden die de aanmerkelijkbelanghouder, zijn partner of tezamen met zijn partner ‘rechtens dan wel in feite direct of indirect’ heeft bij de vennootschappen waarin een aanmerkelijk belang wordt gehouden, tellen mee. Hierbij kan worden gedacht aan de situatie waarbij de vennootschap gelden leent aan de zus van de aanmerkelijkbelanghouder die de gelden weer doorleent aan de aanmerkelijkbelanghouder. Ook kan worden gedacht aan de situatie waarbij de aanmerkelijkbelanghouder ‘inleent’ bij een bank, waarbij de vennootschap waarin het aanmerkelijk belang wordt gehouden zich op alle punten garant stelt voor de door de aanmerkelijkbelanghouder/schuldenaar aangegane verplichtingen.

Verbonden personen

Schulden van verbonden personen aan de vennootschap worden toegerekend aan de aanmerkelijkbelanghouder. In dit geval gaat het hier onder meer om schulden die een verbonden persoon bij de vennootschap van de aanmerkelijkbelanghouder heeft. Deze worden meegeteld bij de vaststelling van het bovenmatige deel van de lening. Onder een verbonden persoon wordt in dit kader verstaan: een bloed- of aanverwant in de rechte lijn van de belastingplichtige zelf of van zijn partner. Het moet daarbij gaan om verbonden personen die zelf geen aanmerkelijk belang houden in de vennootschap waarvan zij geld hebben geleend.

Let op!
De eerste € 700.000 van de schulden wordt dus niet toegerekend en ook eigenwoningschulden tellen niet mee.

Berekenen fictief regulier voordeel uit bovenmatige schuld

Het fictief reguliere voordeel bestaat uit het ‘bovenmatige deel van de schulden’. Het bovenmatige deel is het deel dat meer bedraagt dan de € 700.000, ook wel het ‘maximumbedrag’ genoemd. Het maximumbedrag bedraagt standaard € 700.000. Standaard betekent dat het maximumbedrag van € 700.000 wordt verhoogd met het bedrag dat in een eerder jaar als positief fictief regulier voordeel in de aanmerkelijkbelangheffing is betrokken. Een negatief fictief regulier voordeel leidt weer tot een lager maximumbedrag, maar kan nooit lager zijn dan € 700.000.

 Voorbeeld 1
Een aanmerkelijkbelanghouder heeft op 1 januari 2024, jaar 1, € 850.000 aan schulden aan zijn vennootschappen, en in jaar 2 € 950.000. Het bovenmatige deel van de schulden in jaar 1 bedraagt dan € 150.000, waarover de aanmerkelijkbelanghouder inkomstenbelasting in box 2 is verschuldigd. Uitgaande van de invoering van een tweeschijventarief in box 2 per 1 januari 2023, betaalt hij 26% belasting tot € 67.000 en over het meerdere 29,5%. In jaar 2 wordt het maximumbedrag dus verhoogd met € 150.000, tot € 850.000. Uitgaande van het nieuwe maximumbedrag van € 850.000, wordt in jaar 2, alleen de stijging van € 100.000 als fictief regulier voordeel bij de aanmerkelijkbelanghouder in aanmerking genomen.

 Voorbeeld 2
Een aanmerkelijkbelanghouder heeft in jaar 1 € 900.000 aan schulden aan zijn vennootschappen. Het bovenmatige deel van de schulden bedraagt dan € 200.000. In jaar 2 wordt dan in beginsel uitgegaan van een maximumbedrag van € 900.000. De aanmerkelijkbelanghouder lost vervolgens € 400.000 af op zijn schulden, waardoor het totaal aan schulden in jaar 2 uitkomt op € 500.000. Het bovenmatige deel van de schulden is in jaar 2 dus € 400.000 (€ 500.000 -/- € 900.000) negatief, maar ten hoogste het bedrag dat eerder als positief fictief regulier voordeel in aanmerking is genomen, derhalve € 200.000. Het restant aan negatief fictief regulier voordeel kan de aanmerkelijkbelanghouder verrekenen met het inkomen uit aanmerkelijk belang in jaar 2, dan wel, voor zover dat niet mogelijk is, met belastingjaar 1 of de zes volgende belastingjaren.

Let op!
Omdat de maatregel tegen excessief lenen alleen geldt voor box 2 en niet doorwerkt naar andere fiscale wetgeving, zoals de dividendbelasting en de vennootschapsbelasting, hoeft dus geen dividendbelasting te worden ingehouden over het fictief reguliere voordeel.

Lenen van de vennootschap in het buitenland

De maatregel tegen bovenmatig lenen bij de eigen vennootschap strekt zich ook uit tot internationale situaties. Dit speelt bijvoorbeeld bij een binnenlands belastingplichtige aanmerkelijkbelanghouder met een aanmerkelijk belang in een in het buitenland gevestigde vennootschap waarvan hij geld heeft geleend. Indien de buitenlandse vennootschap in een bepaald jaar meer dan € 700.000 aan de aanmerkelijkbelanghouder leent, dan wordt het bovenmatige deel in Nederland als fictief regulier voordeel uit aanmerkelijk belang in aanmerking genomen. Als de buitenlandse vennootschap in het daaropvolgende jaar dividend uitkeert om de lening af te lossen, kan in het daaropvolgende jaar een negatief fictief regulier voordeel uit aanmerkelijk belang ontstaan voor het bedrag waarmee de schuld minder is gaan bedragen dan het maximumbedrag, maar tot ten hoogste het bedrag van het fictieve reguliere voordeel. Dit negatieve inkomen uit aanmerkelijk belang kan de binnenlands belastingplichtigen aandeelhouder conform de voorgaande voorbeelden verrekenen met het positieve inkomen uit box 2. In het buitenland eventueel ingehouden bronbelasting is ook voor verrekening vatbaar.

Immigratie van een aanmerkelijkbelanghouder met bovenmatige schulden

Als een aanmerkelijkbelanghouder in Nederland gaat wonen dan wordt op grond van het wetsvoorstel het maximumbedrag gesteld op het totaalbedrag van schulden aan de eigen vennootschap op het moment van immigratie, maar ten minste op € 700.000. Dit blijkt uit de kamerbrief van de staatssecretaris van Financiën en Fiscaliteit van 12 september 2022, met kenmerk 2022-0000225329. Hierin staat een soort step-up regeling voor natuurlijke personen die binnenlands belastingplichtig worden. De voorgestelde wijze van voor het bepalen van het maximumbedrag bij immigratie is in lijn met de manier waarop de verkrijgingsprijs van het aanmerkelijk belang wordt vastgesteld bij immigratie (zie hiervoor het themadossier Immigratie en remigratie van de aanmerkelijkbelanghouder en de vennootschap). In het buitenland als lening onttrokken gelden worden niet in de Nederlandse heffing betrokken. Door middel van de step-up wordt rekening gehouden met de in het buitenland opgebouwde waarde en (latente) inkomstenbelastingheffing over de in het buitenland opgebouwde schuld.

Aandachtspunten voor de praktijk

  • De eerste peildatum voor de vaststelling van het bovenmatige deel van de schuld aan de vennootschap is 31 december 2023. Aanmerkelijkbelanghouders hebben tot die datum de tijd om hun schuldenpositie af te bouwen tot € 700.000.
  • Alle typen schulden vallen onder de regeling, met uitzondering van de eigenwoningschuld. Voor de eigenwoningschuld geldt geen maximum. De aanmerkelijkbelanghouder kan dus een veelvoud van het maximumbedrag lenen voor zover de lening als ‘eigenwoningschuld’ kwalificeert.
  • Schulden van verbonden personen aan de vennootschap worden toegerekend aan de aanmerkelijkbelanghouder. Het moet daarbij gaan om verbonden personen die zelf geen aanmerkelijk belang houden in de vennootschap waarvan zij geld hebben geleend.
  • Schulden van een binnenlands belastingplichtige aandeelhouder aan een buitenlandse vennootschap waarin hij een aanmerkelijk belang houdt, worden in Nederland als fictief regulier voordeel in aanmerking genomen, voor zover zij bovenmatig zijn.
  • Aan de immigrerende aandeelhouder wordt een ‘step-up’ verleend tot het totaalbedrag aan schulden aan de eigen vennootschap, maar ten minste € 700.000.

Bron: Nextens

Arts en Accountant staat voor u klaar!

Vind hier alle informatie

Nieuwsbrief

Vul uw email in om u aan te melden voor onze nieuwsbrief.

Medisch Financieel Specialist nodig?

Neem contact met ons op!

Nieuwsarchief

  • Zzp’er blijkt werknemer – rechtszaken leveren schijnzelfstandige geld op
  • LHV gaat strijd met Belastingdienst aan om zzp-handhaving
  • Gebruikelijkloonregeling onder de loep: deels effectief, verbetering wenselijk
  • Renseigneringsverplichting alsnog over 2022, 2023 en 2024?
  • Fiscale maatregelen Voorjaarsnota 2025
  • Waar moet je op letten bij het overnemen van uitzendkrachten?
  • Hoge Raad bevestigt: cryptovaluta in box 3
  • Wet tegenbewijsregeling Box 3: rust of nieuwe conflicten?
  • Voorjaarsnota 2025: elf fiscale wijzigingen voor bedrijven
  • 7,77% forfaitair rendement voor box 3 blijft overeind in 2026 – Voorjaarsnota bevestigt eerder aangekondigd percentage ondanks aanhoudende kritiek
  • Wetsvoorstel Vbar gaat in aangepaste vorm naar Tweede Kamer
  • Nieuw zzp-wetsvoorstel: de Zelfstandigenwet
  • Huisartsentekort nijpend: 194.000 Nederlanders kunnen geen arts vinden
  • Zzp’ers in de zorg en schijnzelfstandigheid – antwoord op vragen
  • Bedragen wettelijk minimumloon per 1 juli 2025
  • Pensioen opbouwen als ondernemer
  • PVV tegen nieuw belastingvoorstel voor vermogen in box 3
  • Opdrachtgevers leggen risico op naheffing bij zzp’er, terwijl dat niet altijd mag
  • Weg jubelton, hallo familiebank?
  • Wetsvoorstel Tegenbewijsregeling box 3 naar Tweede Kamer
  • Toegang tot UBO-register in zicht voor accountants
  • Klein geschenk: loon of geen loon?
  • KNMT start oriënterende gesprekken met vakbonden over mogelijke cao
  • KNMT in gesprek met VWS en de Belastingdienst over handhaving Wet DBA
  • Overzicht verschillen handhaving schijnzelfstandigheid in 2024, 2025 en 2026
  • Rendementspercentage 2026 box 3: mogelijk zwaardere lasten voor beleggers
  • Hof: geen medische btw-vrijstelling voor vergoeding tandartspraktijken
  • Belastingdienst doet oproep: let strikter op zakelijke kosten in aangiften
  • Tweede Kamer stemt in met beperking toegang UBO-registers
  • Personeel met een tijdelijk contract: voor- en nadelen
  • Met deze 10 stappen voldoe je aan privacywet AVG
  • Maximale transitievergoeding 2025 bekend: Wat HR moet weten
  • Aanleveren jaarverantwoording: wat moet je doen?
  • In de mondzorg met zzp’ers werken, is dat straks nog mogelijk?
  • Vóór 1 februari 2025 voldoen aan renseigneringsverplichting UBD
  • Modelovereenkomsten automatisch verlengd tot en met 31 december 2029
  • Belastingdienst publiceert Handhavingsplan arbeidsrelaties
  • Regel einde dienstverband met een vaststellingsovereenkomst
  • Hoge Raad verduidelijkt rendementsberekening onroerend goed in box 3
  • Omslagpunt op de arbeidsmarkt doordat veel zzp’ers ermee stoppen
  • De beste wensen voor het nieuwe jaar
  • De Wtza: 5 zaken die in 2025 veranderen
  • Uitstel jaarverantwoording 2024?
  • Het is hoog tijd dat de wetgeving rond lijfrenterekeningen wordt aangepast
  • Elektrisch rijden: deze maatregelen komen op je af
  • Belastingdienst gaat volgend jaar toch geen boetes uitdelen bij zzp-wet
  • Ongerealiseerde waardestijging telt mee in box 3, eigen gebruik 2e woning blijft buiten beschouwing
  • Belastingdienst krijgt in mei 2026 een nieuw rekeningnummer
  • Webmodule Beoordeling Arbeidsrelatie
  • Geen onevenredig ongelijke behandeling bij villataks en Hillen-aftrek
  • Belangrijke waarschuwing: Vals bericht Belastingdienst
  • Belastingdienst publiceert Toelichting Beoordeling arbeidsrelaties
  • Helft bedrijfsleven verwacht minder gebruik te maken van ZZP-ers
  • Voorkomen van schijnzelfstandigheid
  • ‘Veel foute adviezen aan zzp’ers rond controle op schijnzelfstandigheid’
  • Strengere regels zzp’ers gaan bijna in: wat mag wel en wat mag niet?
  • Angst en onzekerheid: zorgorganisaties worstelen met zzp inzet vanaf 2025
  • Belastingdienst geeft met nieuw afwegingskader duidelijkere uitleg over schijnzelfstandigheid
  • Waarom e-Herkenning essentieel is voor jouw onderneming
  • Eindejaarstips top 10
  • Rapportageverplichting crypto-aanbieders moet belastingontduiking gaan voorkomen
  • Computersystemen tot 2029 niet klaar voor nieuwe belastingplannen
  • KVK uittreksel UBO-register
  • Zakelijk lenen? Hier letten financiers op
  • Voorstellen uit het Belastingplan 2025
  • Nieuwe regels tegen schijnzelfstandigheid ZZP’er
  • Sponsort U ook onze fiscalist met de Muskathlon?
  • Fiscus: vanaf 6 september geen beoordeling nieuwe modelovereenkomsten meer
  • Twijfel over houdbaarheid belasting op leningen van eigen bv
  • De DGA en afrekening bij overlijden over waarde BV
  • De intentieovereenkomst bij een praktijkovername
  • Kabinet stopt met modelovereenkomsten ZZP: Wat nu?
  • Fiscaal rumoer rondom de zzp’er en schijnzelfstandigheid
  • KNMT in gesprek met VWS en de Belastingdienst over handhaving Wet DBA
  • Schijn-zzp’ers in de zorg worden in 2025 dan toch aangepakt
  • Hoge Raad oordeelt opnieuw dat ongerealiseerde winst belast is in box 3
  • Overgangsregeling UBO-register afgelopen, nieuwe regels voor wwft-instellingen
  • Prinsjesdag 2024: welke wijzigingen per 2025 zijn al bekend?
  • Staatssecretaris: btw-verhoging sport staat vast
  • Dit is het modaal inkomen in Nederland van nu tot en met 2028
  • 2e concept wet VBAR: geest zzp’er in de zorg moet terug in de fles
  • Tijd dringt voor zzp’ers en hun opdrachtgevers
  • Eerste reactie kabinet op nieuwe box 3-arresten Hoge Raad
  • Huisartsen in loondienst krijgen er ruim 10 procent bij in nieuwe cao
  • Wijzigingswet beperking toegang UBO-registers naar Tweede Kamer
  • Vanaf 1 juli alleen nog digitale opgaaf en aangifte dividendbelasting
  • Wetsvoorstel plan van aanpak witwassen beperkt tot verbod op contante betalingen vanaf € 3.000,-
  • Bekeuring past niet bij rittenregistratie: naheffing terecht
  • Getalsgrens intern toezicht verhoogd naar 50
  • Wees alert als u werkt als zzp’er of met zzp’ ers
  • Normalisering handhaving arbeidsrelaties door Belastingdienst: wat houdt dat in?
  • Van Rij stuurt wetsvoorstel box 3 naar Raad van State
  • Premie verplichte aov zelfstandigen bekend
  • Beperking giftenaftrek slecht nieuws voor kerken en goede doelen
  • Fiscus weet weer medewerkers aan te trekken, 141 miljoen verborgen vermogen gevonden
  • Verontrustende groei criminele activiteiten op internet
  • Deadline jaarverantwoording Wtza nadert
  • Nieuwe ontwikkelingen Wtza: vergunningsplicht voor (nieuwe) kleine zorgaanbieders en wijzigingen in de jaarverantwoording.
  • UBO-register: toezichthouder licht overgangsregeling voor Wwft-instellingen toe
  • Let op! Vanaf 1 januari 2024 hogere percentages

Kantoor Den Haag

Bezoekadres
Jan van Nassaustraat 125  
2596 BS Den Haag

+31 (0)70 3382730

info@artsenaccountant.nl

Aangesloten bij

NBA

Novak

Register Belastingadviseurs

Wij steunen:

Informatiemenu

  • Nieuwe Klant
  • Benchmark Tools
  • Veelgestelde vragen
  • Klachtenbehandeling
  • Support
  • Privacy Policy
Copyright & Cookies | © 2017-2025 All rights reserved
Designed by Alentejo Webdesign