Eerste Kamer stemt in met Belastingplan 2026, youngtimerregeling fors versoberd

De Eerste Kamer heeft op dinsdag ingestemd met het Belastingplan 2026 en de overige fiscale wetsvoorstellen van het demissionaire kabinet-Schoof. Alle voorstellen werden aangenomen, waaronder met algemene stemmen de Wet stroomlijning fiscaal inzagerecht. Ook vijf moties kregen steun. Een overzicht.
Het debat in de Eerste Kamer liet zien dat de senaat grote zorgen houdt over de toenemende complexiteit van het belastingstelsel, de stapeling van lasten en de ingrijpende amendementen die de Tweede Kamer op het laatste moment heeft doorgevoerd.
Veel kritiek
Tijdens de behandeling stond de impact van die amendementen centraal. Senatoren uit vrijwel alle fracties uitten kritiek op het ontbreken van gedegen effectanalyses, met name bij de versobering van de youngtimerregeling, de verhoging van brandstofaccijnzen ten gunste van investeringen in het openbaar vervoer en de versnelde afbouw van de Wet Hillen. Volgens meerdere woordvoerders worden daarmee fiscale spelregels tussentijds gewijzigd, wat de rechtszekerheid en uitvoerbaarheid onder druk zet.
Een terugkerend thema was de scheefgroei tussen de belastingdruk op arbeid en vermogen. Fracties als GroenLinks-PvdA, SP en D66 spraken van een regressief stelsel waarin werken onvoldoende loont en vermogensongelijkheid groot blijft. Tegelijkertijd wezen partijen als SGP, VVD en BBB op de hoge marginale druk voor eenverdieners en ondernemers. De verhoging van de arbeidskorting werd door sommigen verwelkomd, maar door anderen juist gezien als een maatregel die tweeverdieners bevoordeelt en de kloof vergroot.
Ook het ontbreken van voortgang bij een fundamentele herziening van het belasting- en toeslagenstelsel kwam uitgebreid aan bod. De senaat dringt daar al jaren op aan, maar ziet weinig concrete stappen. Demissionair staatssecretaris Heijnen benadrukte dat zo’n herziening ingrijpende keuzes vergt waarvoor breed maatschappelijk en politiek draagvlak nodig is. Het demissionaire kabinet acht het niet aan zichzelf om die keuzes te maken en verwacht dat dit aan de formatietafel gebeurt.
Op klimaat- en energiegebied liepen de meningen sterk uiteen. Sommige fracties verwelkomden aanscherpingen zoals de hogere vliegbelasting op privéjets en groene investeringsaftrekken, terwijl anderen spraken van een onsamenhangend pakket of bekritiseerden het opschorten en aanpassen van de CO₂-heffing. Demissionair minister Sophie Hermans onderstreepte dat beprijzing een essentieel onderdeel is van de klimaatmix, maar dat prikkels geen boetes mogen worden als zij hun doel voorbijschieten.
Youngtimers
Een van de meest besproken onderdelen was de forse versobering van de youngtimerregeling. De Eerste Kamer stemde in met het amendement waardoor de regeling vanaf 2027 alleen nog geldt voor auto’s van 25 jaar en ouder. Daarmee vervalt de gunstige bijtelling voor veel ondernemers en zzp’ers die oudere zakelijke auto’s rijden. Na kritiek vanuit de senaat zegde de staatssecretaris een overgangsregeling van één jaar toe via een goedkeurend beleidsbesluit. Brancheorganisatie Bovag waarschuwde voor forse waardedalingen van voorraden, maar steunde de maatregel omdat de opbrengst wordt gebruikt om de lage bijtelling voor elektrische auto’s langer te handhaven.
Fiscale veranderingen
Wat verandert er verder komend jaar op fiscaal gebied, onder anderen door het aannemen van het Belastingplan 2026? Het kabinet neemt een aantal maatregelen omdat uit evaluaties blijkt dat enkele regelingen niet doen wat beoogd is (doeltreffendheid) en/of niet gaan op efficiënte manier (doelmatigheid). Zo wordt vanaf 2026 het lage tarief in de wegenbelasting (mrb) versoberd voor kampeerauto’s en geschrapt voor paardenvervoer. Dit geldt ook voor het verlaagde btw-tarief voor logies. Voor overnachtingen in hotelkamers, vakantiewoningen of stacaravans betaal je vanaf 2026 niet 9% maar 21% btw. Dit geldt ook voor het kortdurend verstrekken van logies (max. 6 maanden) aan bijvoorbeeld werknemers, studenten, asielzoekers en dak- en thuislozen.
Een onduidelijkheid in de bijtelling van zakelijke fietsen wordt vanaf volgend jaar weggenomen. Wanneer een werknemer een fiets ook privé gebruikt, dan hoeft daarover geen 7% bijtelling meer betaald te worden.
Inkomen en ondernemen
Om het terugdraaien van de btw-verhoging op cultuur, media en sport te betalen, worden de schijven van de inkomstenbelasting en heffingskortingen niet volledig aangepast aan de inflatie. Hierdoor vallen mensen iets eerder in een volgende schijf in de inkomstenbelasting. De eerste schijf van de inkomstenbelasting gaat van € 38.441 nu naar € 39.357 in 2026. De tweede schijf van de inkomstenbelasting gaat van € 76.817 nu naar € 79.137 in 2026.
Er wordt ook een aanpassing gedaan in de arbeidskorting. Deze bedragen zijn normaal gesproken gekoppeld aan de stijging van het wettelijk minimumloon. Voor 2026 gebeurt dat anders. Daardoor gaat de hoogte van de inkomensgrenzen op 1 januari 2026 omlaag. Hierdoor krijgen mensen die in deeltijd werken en minder dan het minimumloon verdienen, meer arbeidskorting in 2026.
Om de prijzen aan de pomp betaalbaar te houden, wordt de accijnskorting op benzine, diesel en LPG met een jaar verlengd tot 1 januari 2027. Wel is de korting minder hoog als gevolg van een wijziging die de Tweede Kamer heeft aangebracht. De accijns voor een liter benzine wordt € 0,84, voor een liter diesel € 0,55 en voor een liter LPG € 0,20.
Het bedrag dat zelfstandigen (zzp’ers) mogen aftrekken van hun winst daalt komend jaar naar €1.200. Het vrijgestelde maandbedrag voor vervroegd pensioen gaat in 2026 met € 300 bruto omhoog. De werkgever hoeft hierover geen extra belasting te betalen en oudere werknemers met zwaar werk kunnen hierdoor gemakkelijker eerder met pensioen.
De fiscale regeling voor buitenlandse werknemers die tijdelijk in Nederland zijn (ETK-regeling) wordt per 2026 versoberd. Werknemers kunnen extra kosten voor levensonderhoud en extra gesprekskosten voor privédoeleinden met het land van herkomst niet meer belastingvrij declareren.
Vermogen
Het kabinet wil dat vermogen dat door erven wordt doorgegeven, op een eerlijke manier terecht komt bij de volgende generatie. Daarom worden er binnen de erf- en schenkbelasting een aantal aanpassingen doorgevoerd. Zo worden constructies met ongelijke vermogensverdeling tussen partners voor overlijden of een scheiding aangepakt. Hierdoor betalen echtgenoten bij het einde van het huwelijk of overlijden over de helft van de gemeenschap van goederen schenk- of erfbelasting, ook als ze dit op papier ongelijk hebben verdeeld om te voorkomen dat één van hen minder belasting betaalt. Om erfgenamen beter in staat te stellen hun aangifte erfbelasting te doen, wordt de aangiftetermijn voor de erfbelasting na overlijden verruimd, van 8 naar 20 maanden.
Het kabinet had voorgesteld om de kosten van de vertraagde invoering van het nieuwe box 3-stelsel te dekken binnen box 3. De Tweede Kamer heeft deze lastenverzwaring teruggedraaid. In plaats daarvan wordt de Wet Hillen versneld afgebouwd. Deze wet regelt dat mensen met een kleine of afgeloste hypotheekschuld een korting krijgen op de belasting. Zij krijgen deze korting omdat er weinig of geen hypotheekrente kan worden afgetrokken en wel belasting over het eigenwoningforfait wordt betaald. Door de afbouw van de Wet Hillen krijgen deze mensen vanaf komend jaar minder korting, dit was al eerder besloten. Door de versnelde afbouw eindigt deze belastingaftrek uiteindelijk in 2041 in plaats van 2048.
Mensen die in 2026 een tweede huis kopen als beleggingsobject of vakantiewoning betalen minder overdrachtsbelasting. Het tarief daalt van 10,4% naar 8%.
Klimaat en auto
Het kabinet wil dat de vergroening van het wagenpark van Nederland doorgaat. Daarom gaat het verlaagde bpm-tarief voor emissievrije auto’s ook gelden voor emissievrije motoren en bijzondere personenauto’s, zoals kampeerauto’s en voertuigen voor rolstolvervoer. Tegelijkertijd worden de bpm-tarieven aangepast, zodat er voldoende prikkel blijft bestaan om brandstofauto’s nog zuiniger te maken.
Op verzoek van de Tweede Kamer tijdens de behandeling van het Belastingplan wordt een korting op de bijtelling voor het privégebruik van een auto van de zaak zonder CO2-uitstoot voor 2 jaar verlengd. Om dit te kunnen betalen wordt de youngtimerregeling versoberd. Met deze regeling krijgen ondernemers en DGA’s (directeur-grootaandeelhouder) die een zakelijke auto ook privé rijden die meer dan 15 jaar geleden voor het eerst in gebruik is genomen een voordeel in de bijtelling. Vanaf 2026 wordt de minimumleeftijd van deze auto verhoogd van 15 naar 16 jaar. Youngtimers die in de loop van komend jaar 16 jaar oud worden houden nog recht op de gunstige bijtelling, zo heeft het kabinet aanvullend geregeld. Voordat de gunstige bijtelling in 2027 wordt verhoogd van 16 naar 25 jaar, kunnen zij dan nog van auto veranderen. Deze late wijziging van de maatregel betekent dat sommige DGA’s de aanpassing handmatig moeten verwerken of naderhand correcties indienen.
Voor vrachtwagens tussen de 3.500 kg en 12.000 kg wordt vanaf 1 juli 2026 de mrb ingeruild voor een nieuwe vrachtwagenheffing. Hoe schoner en lichter het voertuig, hoe lager het bedrag per kilometer. Voor vrachtwagens boven de 12.000 kg daalt de mrb.
Bedrijven gaan vanaf 2026 over een groter deel van het drinkwater dat zij gebruiken belasting betalen. Het heffingsplafond gaat van 300 kubieke meter naar 50.000 kubieke meter. In de Europese Unie (EU) betalen producenten een CO2-heffing waarmee de uitstoot wordt belast. Om voor eerlijke concurrentie te zorgen, wordt vanaf 2026 ook voor bepaalde goederen die van buiten de EU komen een CO2-heffing ingevoerd, zoals bijvoorbeeld ijzer, staal en aluminium.
Belastingontduiking
Er wordt komend jaar een volgende stap gezet in het bestrijden van belastingontduiking met crypto’s. Vanaf 2026 moeten crypto-aanbieders persoonsgegevens van hun klanten verzamelen. Deze gegevens moeten samen met de transactiegegevens van de klanten uiterlijk op 31 januari 2027 gerapporteerd worden aan de Belastingdienst. De Belastingdienst kan daarmee beter controleren of die klanten in hun aangifte inkomstenbelasting het hebben van crypto wel goed hebben ingevuld. De wet wordt begin 2026 behandeld in de Kamers en gaat – nadat deze in beide Kamers is aangenomen – met terugwerkende kracht in vanaf 1 januari 2026. Crypto-aanbieders kunnen daarom vanaf 1 januari 2026 beginnen met het verzamelen van gegevens.
Bron: accountancy vanmorgen