Geen vrijstelling voor preventieve medische controles en advisering over uitslagen

Een B.V. biedt preventieve medische controles aan, die bestaan uit het onderzoeken van bloed, speeksel, urine en ontlasting. Daarnaast geeft zij advies over de uitslagen van die onderzoeken. De uitslagen worden geanalyseerd door medewerkers van een dochter-B.V., die bij de B.V. zijn gedetacheerd. Deze medewerkers zijn geneeskundestudenten, die werkzaam zijn op basis van instructies en protocollen van een aan de B.V. gelieerde arts. De B.V. meent dat zij over haar diensten de medische vrijstelling mag toepassen. De inspecteur stelt dat de diensten niet onder de medische vrijstelling kunnen vallen, omdat de B.V. niet voldoet aan de daarvoor gestelde voorwaarden.
De voorwaarden voor toepassing van de medische vrijstelling zien op opleidings- en kwaliteitseisen. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de diensten van de B.V. niet zodanig onder toezicht en verantwoordelijkheid van de arts worden verricht, dat je kunt zeggen dat de diensten worden verricht door een beoefenaar van een medisch of paramedisch beroep die een op dit beroep gerichte opleiding heeft voltooid, waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Wet BIG. De arts is weliswaar verantwoordelijk voor de interpretatie van de onderzoeksresultaten en de daarop gebaseerde adviezen, maar feitelijk betekent dit dat de arts ervoor zorgt dat er protocollen en instructies zijn aan de hand waarvan de medewerkers van de B.V. zelfstandig de analyse van het onderzoeksresultaat opstellen en zelfstandig gezondheidsadviezen geven, zonder voorafgaande afstemming met de arts. De B.V. maakt hierdoor niet aannemelijk dat de arts op enige wijze toezicht houdt op de medewerkers en de totstandkoming van de analyse of de gezondheidsadviezen.
Vervolgens stelt de rechtbank vast dat de analyse van het onderzoeksresultaat en de gezondheidsadviezen door de medewerkers uit naam van de B.V. aan de klanten worden verstrekt en niet uit naam van een arts. De medewerkers voldoen (nog) niet aan de opleidingseisen en hun handelingen zijn niet gelijkwaardig aan dezelfde handelingen door BIG-geregistreerden. De diensten van de B.V. vallen daarom terecht niet onder de medische vrijstelling.
Bron: Fiscount